Vandaag nieuwe oordelen gepubliceerd.

2024-038
Uitvoering door een arts verbonden aan Expertisecentrum Euthanasie bij een patiënt met dementie. De eerder door de huisarts van patiënt geraadpleegde specialist ouderengeneeskunde achtte patiënt niet wilsbekwaam ten aanzien van zijn euthanasiewens. De huisarts heeft vervolgens het verzoek tot levensbeëindiging niet verder in behandeling genomen en patiënt verwezen naar het Expertisecentrum. Patiënt heeft daarop de arts benaderd. De arts heeft bij zijn besluitvorming inzake de levensbeëindiging de overwegingen van de door de huisarts geraadpleegde specialist ouderengeneeskunde betrokken. Uiteindelijk heeft hij, gemotiveerd, diens conclusie niet overgenomen, daarin gesteund door de bevindingen van de door de arts zelf geraadpleegde onafhankelijk deskundige, tevens specialist ouderengeneeskunde, en de door de arts geraadpleegde consulent.

2024-039
Patiënte kreeg na een doorgemaakte CVA forse pijnen in haar schouder, nek en rug. De arts van het Expertisecentrum Euthanasie raadpleegde een onafhankelijk psychiater, die geen somatisch symptoomstoornis kon uitsluiten. De arts raadpleegde daarop een GZ-psycholoog om te onderzoeken of bij patiënte sprake was van een psychische stoornis. 

2024-040
Patiënte leed ondraaglijk op grond van (angst voor verdergaande) cognitieve achteruitgang, volledige afhankelijkheid van derden en een naderende opname in een verpleeghuis, ten gevolge van fronto-temporale dementie. De arts en de consulent achtten patiënte wilsbekwaam ten aanzien van haar euthanasieverzoek. De arts gaf een mondelinge toelichting over de bepaling van het moment van euthanasie en de ondraaglijkheid van het lijden.