Oordeel 2016-23, huisarts, dementie / alzheimer, niet gehandeld overeenkomstig de zorgvuldigheidseisen
De arts reikte patiënt een drank aan met 400 mg fenobarbital. Na inname overleed patiënt niet en bleef hij wakker. Conform afspraak met patiënt voerde de arts daarna de levensbeëindiging uit door intraveneuze toediening van 2000 mg thiopental en 150 mg rocuronium, waarna patiënt overleed. Nu de arts patiënt een niet in de KNMG/KNMP Richtlijn Uitvoering euthanasie en hulp bij zelfdoding genoemd middel in een te lage dosering liet innemen, hetgeen niet leidde tot de dood, was de combinatie hulp bij zelfdoding en levensbeëindiging niet medisch zorgvuldig uitgevoerd.