Oordeel 2014-30, arts, kanker vrijwillig en weloverwogen verzoek
Patiënt, een man van 80-90 jaar, was bekend met een inoperabel cardiacarcinoom. Patiënt leed pijn, had last van braakneigingen en verlies van eetlust, vermagering, vermoeidheid en loopstoornissen. Ook hoorde en zag hij niet goed. Hij was volledig afhankelijk van anderen. Patiënt werd gezien door een psychiater die een psychiatrisch toestandsbeeld uitsloot. Volgens de psychiater was er wel sprake van forse cognitieve achteruitgang. Om de wilsbekwaamheid vast te stellen zou een opname nodig zijn maar patiënt weigerde dit. De arts kon desondanks tot de overtuiging komen dat patiënt wilsbekwaam was ten aanzien van zijn verzoek en dat hij zijn verzoek weloverwogen had geuit.