Oordeel 2021-17, NVO-melding, zorgvuldig, combinatie van met name ouderdomsaandoeningen, uitzichtloos en ondraaglijk lijden, vrijwillig en weloverwogen verzoek, geen redelijke andere oplossing.
Patiënte leed aan meerdere aandoeningen, waardoor zij steeds meer de controle over haar lichaam verloor.
In meldingen waarin de commissie van oordeel is dat de arts aan alle zorgvuldigheidseisen voldaan heeft en die geen enkele vraag oproepen, wordt de arts vrijwel altijd in een korte brief op de hoogte gesteld van de uitkomst van de beoordeling. De hieronder staande casus betreft een dergelijke melding. De tekst is dus niet een verzonden oordeel, maar een samenvatting van de casuïstiek van de betreffende melding.
Een vrouw, tussen de tachtig en negentig jaar, leed sinds geruime tijd voor het overlijden aan meerdere aandoeningen. Zo was sprake van ernstige aortaklepstenose en –insufficiëntie, maculopathie (slechtziendheid in het midden van het oog), ouderdomsslechthorendheid, chronische bronchitis en artrose. Ongeveer een jaar voor het overlijden had de vrouw een CVA doorgemaakt met als restverschijnsel een hemibeeld links. De ziektegeschiedenis maakte voorts melding van duizeligheidsklachten, incontinentie voor urine, pijn in het anogenitaal gebied en extreme vermoeidheid. Het lijden van de vrouw bestond uit forse kortademigheid bij geringe inspanning, een zeer slechte visus, een matig gehoor en pijn bij het zitten en de stoelgang. Na de doorgemaakte CVA verslechterde de situatie van de vrouw snel. Zij had nauwelijks nog energie, verloor in een snel tempo haar krachten en was duizelig. Hierdoor was er sprake van valgevaar en zij was ook daadwerkelijk meerdere keren gevallen. Zij voelde zich de hele dag extreem vermoeid.
Door de combinatie van haar aandoeningen werd de vrouw zeer beperkt in haar mobiliteit en kon zij de activiteiten die haar voorheen afleiding hadden geboden niet meer uitoefenen. De vrouw was de controle over haar eigen lichaam verloren en de afhankelijkheid van anderen die dat tot gevolg had vond zij vreselijk. De vrouw, die altijd een actieve en zelfstandige vrouw was geweest, leed onder het verlies van autonomie, de afhankelijkheid van anderen en de zinloosheid en uitzichtloosheid van haar situatie. Zij ervoer haar lijden als ondraaglijk. De vrouw had met regelmaat met de arts over euthanasie gesproken. Drie dagen voor het overlijden verzocht de vrouw om daadwerkelijke uitvoering van de levensbeëindiging. Zij persisteerde in dat verzoek. Volgens de arts was er sprake van een vrijwillig en weloverwogen verzoek. De arts was er voorts van overtuigd dat het lijden voor de vrouw ondraaglijk en naar heersend medisch inzicht uitzichtloos was. Er waren geen voor de vrouw aanvaardbare mogelijkheden meer om het lijden te verlichten.
Verder kon uit de stukken worden afgeleid dat de arts de vrouw voldoende had voorgelicht over de situatie waarin zij zich bevond en haar vooruitzichten. De arts raadpleegde een onafhankelijke SCEN-arts als consulent. Zij bezocht de vrouw een dag voor het overlijden en kwam tot de conclusie dat aan de zorgvuldigheidseisen werd voldaan.
De arts voerde de euthanasie uit met de middelen, in de hoeveelheid en op de wijze als aanbevolen in de KNMG/KNMP Richtlijn Uitvoering euthanasie en hulp bij zelfdoding van augustus 2012.
Een stapeling van ouderdomsaandoeningen kan de oorzaak zijn van uitzichtloos en ondraaglijk lijden. Het lijden van de patiënt moet zijn oorzaak vinden in een medische aandoening, die zowel somatisch als psychiatrisch van aard kan zijn. Het hoeft het niet te gaan om één overheersend medisch probleem. Het lijden van de patiënt kan ook het gevolg zijn van een stapeling van grotere en kleinere gezondheidsproblemen. De optelsom van medische problemen kan, in samenhang met de ziektegeschiedenis, de biografie, de persoonlijkheid, het waardepatroon en de draagkracht van de patiënt, een lijden doen ontstaan dat voor de patiënt ondraaglijk is.
De commissie kwam tot het oordeel dat de arts gehandeld heeft overeenkomstig de zorgvuldigheidseisen.