Oordeel 2013-96, arts, dementie / alzheimer, vrijwillig en weloverwogen verzoek
Bij patiënte, een vrouw van 80-90 jaar, werd na drie jaar van cognitieve achteruitgang de ziekte van Alzheimer geconstateerd. Vooral de laatste weken voor overlijden ging zij verder achteruit. Patiënte leed onder geheugenstoornissen, nachtelijke onrust, verdriet, agressieve buien, volledige zorgafhankelijkheid en onder de reële angst voor toekomstig lijden. Een verpleeghuisopname wees zij beslist af. Patiënte had jaren over euthanasie gesproken en haar wens steeds herhaald. Tevens was haar wens op video vastgelegd. Arts kon tot de overtuiging komen dat sprake was van een vrijwillig en weloverwogen verzoek en van uitzichtloos en ondraaglijk lijden.