Oordeel 2015-40, huisarts, hart- en vaataandoeningen, vrijwillig en weloverwogen verzoek, uitzichtloos en ondraaglijk lijden
Patiënte maakte acht jaar voor haar overlijden een CVA door met een ernstige expressieve afasie als gevolg. Zij onderging revalidatie zonder effect. Patiënte leed onder het feit dat zij niet meer met anderen kon communiceren, waardoor zij noodgedwongen een teruggetrokken leven leidde in een verzorgingshuis. Zij gaf door non-verbale communicatie haar euthanasiewens aan. Op verzoek van de arts bezocht patiënte een psychiater, die haar tijdelijk antidepressiva voorschreef. Bij hercontrole, na drie maanden, achtte hij haar wilsbekwaam ten aanzien van haar euthanasieverzoek; zo ook de consulent. De arts kon tot de overtuiging komen dat er sprake was van een vrijwillig en weloverwogen verzoek.