Oordeel 2014-67, arts, dementie / alzheimer
Patiënt, een man van 80-90 jaar, leed ruim drie jaar onder progressieve achteruitgang van taalvaardigheden, begrip en rekenen als gevolg van Alzheimer en vasculaire dementie. Het lijden van patiënt bestond uit toenemende spraak- en communicatieproblemen en dyspraxie. De laatste weken voor zijn overlijden namen deze klachten sterk toe. Patiënt werd bijna volledig afhankelijk van anderen. Zijn cognitie bleef redelijk gespaard waardoor hij zich zeer bewust was van zijn beperkingen. Hij leed onder de angst de controle geheel te verliezen en nog afhankelijker van anderen te worden en wenste euthanasie. Naast de consulent raadpleegde de arts een arts van de Stichting Levenseindekliniek. Beiden achtten patiënt wilsbekwaam.