Vandaag nieuwe oordelen gepubliceerd.

2023-131
De arts heeft grote behoedzaamheid betracht bij een euthanasieverzoek van een patiënt met voortgeschreden dementie. De patiënt was niet meer wilsbekwaam ten tijde van de uitvoering van de euthanasie. De arts heeft zich gebaseerd op de schriftelijke wilsverklaring conform art.2 lid 2 Wtl.

2024-034
In deze melding heeft de patiënt zelf een psychiater geraadpleegd voor het geven van een second opinion. De psychiater was een bekende van de ouders van patiënt.  De commissie zag zich daarom voor de vraag gesteld of hier sprake was van het raadplegen van een onafhankelijk psychiater, in die zin dat sprake was van onafhankelijkheid tussen de arts en de geraadpleegde psychiater en onafhankelijk tussen patiënt en de geraadpleegde psychiater.

De arts raakte later in het euthanasietraject betrokken bij patiënt en had hierom niet zelf de second opinion aangevraagd. De arts heeft op een later tijdstip, nadat het onderzoek door de onafhankelijk psychiater bij patiënt al had plaatsgevonden, zelf nog contact opgenomen met de onafhankelijk psychiater. Tussen de arts en de psychiater was geen sprake van een persoonlijke, organisatorische, hiërarchische of financiële relatie.  De arts heeft ook zelf vragen aan de psychiater kunnen voorleggen en kritisch kunnen reflecteren op diens bevindingen.

De psychiater verklaarde in de stukken patiënt niet te kennen. Hoewel de contacten met de ouders van patiënt persoonlijk van aard waren, kende de onafhankelijk psychiater patiënt zelf niet persoonlijk.

De commissie kwam tot de conclusie dat in deze melding sprake was van het raadplegen van een onafhankelijk psychiater. 

2024-036
De arts heeft grote behoedzaamheid betracht bij een euthanasieverzoek van een patiënte met voortgeschreden dementie. De patiënte was niet meer wilsbekwaam ten tijde van de uitvoering van de euthanasie. De arts heeft zich gebaseerd op de schriftelijke wilsverklaring conform art.2 lid 2 Wtl.